Liederen van huisvlijt, Eerste deel

Titel
Liederen van huisvlijt, Eerste deel

Jaar
1957

Pagina's
98



Ik zie een diamanten drom

Van ruiters die licht-zwaarden voeren;

Ik wil mij snel de voeten snoeren, —

Ik sluit mij bij u aan, — ik kom.

Hoort gij het twistende geschal Der wapens door de luchte-zalen ?

Hoort gij de paarden adem-halen?

Hoort gij der hoeven rythmen-val? —

Ik word gedompeld in een bad;

Mijn hoofd is als een zee vol-zonken, Mijn oogen worden stralen-dronken,

Om mij wankelt een klanken-stad. —

Ziet gij de pijlen afgericht?

Hoort gij de gronden die ze vingen? Hoort gij de oceanen zingen?

Ziet gij den bijl-slag van het licht? —

Ik hoor het krakende bedrijf;

De hemel wordt op aard’ geworpen;

Ik heb mijn kleeding afgeworpen;

Naakt is mijn ziel, naakt is mijn lijf. —

Zoo ga, mijn gave mensch-beeld, naakt In de volkomene kleedije,

En stort u in het klare, blije Licht dat u heeft aangeraakt.

83

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.