Liederen van huisvlijt, Eerste deel

Titel
Liederen van huisvlijt, Eerste deel

Jaar
1957

Pagina's
98



Bij het kruis, en voeldet wijken Uwen Zoon, ten dood gereed.

„Om de bede, toen beleden,

O gij weenende Almacht,

Om uw lijden, toen geleden In den hoogen lijdensnacht,

„Werden uwe tranen sterren, Voeren naar het paradijs,

Waar zij blinken in het verre Blauwe hemelsche paleis.

„En op wolken uit der aarde Kringende benauwenis Steegt gij, waar de onverklaarde Zaligheid der eeuwen is.”

* *

*

Aarzelend de stemmen zwerven Tot een vleugelend geruisch Veler vogels, langs de nerven Van het voortgeplante huis.

Heiligen, verstild van trekken, Heffen de versteende hand, Voelen vrome klanken trekken Door der kerke ingewand.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.