Vol van groen en mossig pad, Wemelend van aangezichten,
In wier oogen sterren lichten, — In wier harten dapper slaat Vrijheid, vrijheid, uwe maat, —
In wier denken, ruim en teeder, Wiegt het hem el wiegen weder, — Vrijheid, vrijheid, zend ze voort, Uit dit heden naar de poort Die gaat op de toekomst open, Waar de proletaren loopen, Opgeheven, hoog van stand,
Op het wereldsch vaderland.