Want zijne vorming en boetseerderij Geschiedt uit vormen die in U verkeeren.
God is de atmosfeer en anders niet,
Hij geeft zich eindeloos aan Uwe vragen, Hij is een willige waar gij gebiedt, Wanneer gij hem omvat, zal hij U dragen.
Hij is zooals gij hem met oogen ziet,
Hij fluistert na de woorden Uwer droomen, Iets anders dan gij zelf zijt is hij niet,
Hij is uit uw verbeelding voortgekomen.
54