God

Titel
God

Jaar
1930

Overig
een gedicht

Pagina's
93



Volkeren des kruins, de komende,

De straks geboren wordende, hoort hij.

Ik wil, zegt hij, en bij den adem van Zijn mond, verschuift de atmosfeer,

En maakt een jaagpad open voor zijn woord,

Ik wil ontvangen van den nacht en schemer,

En van den gouden ochtend het geheim,

Ik wil het nog niet zichtbare doorzien,

Ik wil doordringen dit oneindige,

Altijd wijkende, en fluisterende Hoog mysteriespel, dat Leven heet.

Dronken van kracht neem ik den nieuwen dag, Waarop de goudbevachte wolken drijven, Neem ik de schubbig rinkelende zee,

Neem ik de ronde aarde met mijn handen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.