Liederen der gemeenschap, Tweede deel der liederen

Titel
Liederen der gemeenschap, Tweede deel der liederen

Jaar
1918

Pagina's
91



„Altijd heb ik aan uw heil gedacht, Koesterde de oogen in uw hoofd,

Gaf uw lichaam dekking met mijn vacht,

En uw mond mijn veld-vrucht en het ooft, —

„Leerde u den Storrem-wind verstaan,

Waar zijn woeste hand de Zeeën kamt En dan laat een heesch geluid ontstaan Uit de golvenkoppen, die hij ramt; —

„Stelde al mijn dieren tot voorbeeld,

Liet ze vliegen, loopen uit hun hol,

En hun wezen hebt gij na-gebeeld En gij werdt van al wat leefde vol.

„Wat ik wilde maken, gaf ik u;

Kleur en lijn en wondere agaat En muziek die, als een ritsel-schuw Verhaaltje, door de paarse bosschen gaat; —

„Leerde u de teekens mijner taal In uw handen, keel en oog en mond,

En uw hersens werden het kanaal,

Waar ik schepen van gedachten zond: —

„Deze zouden varen naar het dal,

Waar ik toekomst hield voor u bereid;

De gemeenschap aller wezens zal Deze toekomst maken werkelijkheid.

50

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.