Annie En u heeft ’n vróüw, ’n vrouw, meneer...
Charles, (opstaand, zich bedwingend). Dank u. (af).
Vierde Tooneel.
Annie, Hope.
Hope... Van z’n vrouw had je niet moeten spreken... Annie. Niet van z’n vrouw?
Hope. Nee. ’k Had geen gelegenheid je te waarschuwen
— die twee zijn nog niet samen aan ’t bedje geweest...
Annie. Meen je dat?... Zóó gebrouilleerd? ... (Hope knikt)... Waarom?
Hope. Waarom?... Ja waarom?... Zij is den heelen dag in ’t gezelschap van „vrienden” — hij afficheert zich in ’t openbaar, zelfs hier, met z’n maitresse... Tot vandaag lijken ze bij mekaar gebleven om de zieke Ninette... Zóó als ’t stakkertje ’r niet meer is, maar ook zoo dadelijk, laten die twee mekaar los... En dan mag ’t... Ze zijn al gescheiden van... „tafel en bed”... ’n Huwelijk zonder kind is geen huwelijk...
Annie.... Hoe kom je op den inval!
Hope. Menschen zonder jullie geluk, zijn niet getrouwd
— jullie huwelijk, ja da’s zeker, is eerst door de geboorte van Tilleke begonnen... Vóór dien tijd...
Annie. Hahaha!... Jan zou je uitlachen, als-ie je hoorde... Scheelt je wat?
220