Biecht eener schuldige

Titel
Biecht eener schuldige

Jaar
1905

Druk
1922

Overig
2ed

Pagina's
222



98

’k Vind ’t heerlijk wakker te liggen — met je oogen open in ’t begrijpend donker.

En alleen.

Misschien heb ’k den slaap niet kunnen vatten, omdat ’k geen heldin ben, ’t minst geluidje in huis me dee luisteren.

Als ’k iets hóór, iets hoor breken, laat ’k ze d’r gang gaan, praatte ’k tot mezelf onder ’t dek.

Soms bij ’n ongekende kraking, ’n geritsel, ’n voor-barigen schreeuw van den haan in den ren, begon m’n hart te bonzen, hamerde ’t zoo in m’n ooren, dat ’k benauwd opstutte.

Tegen drie schemerde ’t door de gordijnen, zakte m’n vreesachtigheid. Geen slaap.

Toen heb ’k aan Joosten liggen denken, ’k Ben geen bakvisch. Malligheden en ik zijn water en vuur.

Wanneer je woelt, telkens op ’t randje van den slaap, telkens wakker, in de gestemdheid om met iedereen te twisten, wil ’t je door ’t oprakelen van allerlei dingen, dingen die niet schokten, niet bewogen, dingen waarvan ’n rust bij is gebleven, lukken jezelf in slaap te wiegelen. Me traag ’t gesprek van den avond herinnerend, herzag ’k de vroegere kleine gebeurtenissen — de eerste kennismaking bij ’n vijver, bij ’n troep spelende kinderen — hoe hij ze met ’n schepnet an ’t helpen was — hoe-ie in ’t gras zat geknield, bij ’n kom water, waarin aaltjes en jonge kikkers zwommen — hoe ik me nieuwsgierig naar de kom boog — voor ’t eerst in z’n oogen keek.

Dat was de éérste kennismaking.

Mal, hoe je niéts vergeet.

En later bij mekaar aan huis.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.