Land van geleerdheid (serie Heijermans' Camera)

Titel
Land van geleerdheid (serie Heijermans' Camera)

Jaar
1924

Overig
Heijermans' Camera

Pagina's
29



20

zou-ie zich in niets onderscheiden van ons in 't Steegje. Doet de vrouw of ze huilt, verstopt ze 'r gelaat in de handen en schokt ze als 'n snikkende, dan neemt de schimpansee 'r in z'n armen, de lange, magere, harige, en wiegt *r tot ze weer lacht en geeft 'r 'n zoen. Hij zoent 'r zooals-ie ’r op 't tooneel zoent. En ze wrijft zich de wangen, maar herhaalt 't om ’t ’m te leeren. Zitten ze naast mekaar achter de neergelaten vensters, zij ’n kleedingstuk verstellend — hij, de lippen gedrukt tegen ’t glas, norsch, uit z'n humeur, geen onvertogen dingen uithalend omdat-ie weet dat ’t niet mag, dan hou je geen oog van ze af — van die twee gelaten, 't bleeke, zorgvolle vrouwegelaat — oker-gele, denkende, tamme ape-gelaat. En vooral tegen den avond, als de aandrensende schemer de vensters doet glimmeren, als menschen en dingen onwerkelijk worden, als de kontoeren verwazen en ’t spel der schaduwen drijft en verglijdt naar de schaduw die nacht is, staar je in klare onthutsing naar ’t vrouwehoofd met ’t oranje-blond haar, den kleinen mond, de tengere handen — en naar de hulplooze peinzing van 't ape-gezicht, de gulzige kaken, den uitwiggenden schedel en de zwarte, niet-bewegende oogen.

’t Is zalig in den nacht te schrijven, als 't Steegje slaapt, de kamertjeslampen gedoofd zijn, en om ’t lichtehuis van de lantaarn blaren en takken droomerig woelen. Dan zit je zelf in de stilte gesponnen en bij ’t gerikketik van de klok loddert je ik-je zoo vredig-behaaglijk of je *n poes ben, die pas *r melkje geslurpt heeft, en in de sponzige warmte van juffertjes-schoot, spinnend 'r droom-mysterietjes blaast. Lieve menschen, de nacht is de leutige dag voor de wijzen en zotten, die blij zijn te leven. Is iemand je vijand — 's nachts in de heilige rust van kabbel-klotselend water, van suizelend groen aan de boomen en 'n zoetjes-grunnekend maantje, dat door de wolkelandschapjes stapt, wordt-ie je vrind, ’r Zijn geen nijdige menschen, geen neetooren en schriklijke slechtaards — 't is alles ’n tijdsgrap, die uit wordt gelachen en zachtjes bejouwd door ’t neuriënd windje, 't ritslen der blaren, ’t deinen van ’t water in ’t grachtje... Wat je bedenkt en bedroomt is genoegen en vreugde en groeiend in evenwicht door ’t malsche gestoei van nachtdonker en stilte...

Maar dan wordt ’t buiten weer druk van ontwakend rumoer.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.