Bloemlezing uit zijn werk

Titel
Bloemlezing uit zijn werk

Jaar
1951

Druk
1951

Overig
1ed 1951

Pagina's
98



me... waar ga je naar toe?... wat wil je doen, Ansjie?"

„Naar 't Rabbenaat gaan.. . vrage of 'n Jehoede voor Sint-Klaas mag spelen, met z'n arbe kansef1) an ..."

Feest.

's Avonds in de Pieter Cornelis Hooftstraat.

'n Beidende kinderbent, wachtend op den goeden Sint...

Sint Iaat wachten. Boven heeft hij zich aangekleed, Ansjie...

„De goede Sint moet ook heelemaal uit Spanje komen", suggereert de patricische heer des huizes. Maar ook hij wordt onrustig. „Ik ga hem nu roepen, den goeden Sint, ik geloof, ik hoor hem reeds op het dak."

Hij gaat naar boven.

Daar staat Ansjie. Met mijter, stola, scepter. Maar van de achterzijde. De voorzijde van den Bisschop is den hoek gewijd. Piet staat er bij en haalt z'n schouders op.

„Ansel, kom jongen, de kinderen wachten op je. Wat doe je toch?"

Ansjie keert zich even om en zegt niets anders dan „üh... üh... üh... üh... üh... üh..." en beduidt „wacht, wacht, dadelijk, direkt, aanstonds, ja, subiet.. . üh.. . üh... üh.... uh ... uh ... uh ..."

Sint Nicolaas oort meirev!

II

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.