Bloemlezing uit zijn werk

Oudste en beroemdste Duitsche academie.

Ik werd er opmerkzaam op gemaakt, toen ik van Hamlet las, die er als prins gestudeerd had, om het ideëele leven te leeren begrijpen.

Karl Ludwig, keurvorst van de Palz, bood Spinoza het professoraat in de philosophie aldaar aan, die weigerde, om vergetener te kunnen leven. Na Wundt, zit nu Windelband op den philosophen-stoel, de man, die de geschiedenis der philosophie een episode rijker maakt.

Hoog naar den ,heiligenberg" voert de „Philosophenweg" en zet zich voort in ,Philosophenhöhe" (Philosophenhoogte) en „Weisenstein" (Steen der wijzen).

Wijngaarden langs den weg. Tot diep in het Neckardal slingeren zich de ranken. Ginds in den ״Schlossgarten" wuiven cederen en bloeit een aloë. Vruchtgaarden en boombeemden borduren aan het bruidskleed van de natuur. Vogelkoren zingen het Hooglied, de hemel begeleidt op zonnesnaren.

„en de Eeuwige God plantte een tuin in Eden..."

* * *

Studentenstad

't Is ook een opvatting van het leven. Men noemt dat „feuchtfröhlich" (vochtvroolijk) zijn. Hun liederen zijn met wijn geschreven en lallen van lol, ze lachen zich biertranen en weenen schuim. Het gaat om 't kampioenschap van dronken-zijn, om de eer van het liederlijkst-wezen, om den triomf van het Darwinisme, het dier-mensch-zijn. Ze zijn besneden van gelaat, hoe meer kerven hoe hooger mensch. Verbanden om hoofd, neus en ooren zijn hun gebedsriemen. Ze snijden en hakken elkaar in heiligste devotie. Het rapier is de heilige pen, waarmee ze hun naam op elkanders tronie schrijven, de degen de stift, waarmee ze hun wapenfeiten melden onder elkanders oogen. De wereld mocht soms vergeten, dat ze eens dieren waren. Ze kleeden zich als harlekijns, zooals men apen op de kermis dansen laat, nu ja, ze stammen ook niet van apen af, omdat ze 't zelf zijn; ze leven alleen normaal als ze abnormaal zijn. Hun studie is niet studeeren. Deze weinige, nuchtere woorden mogen U het studentenleven etsen van hen, die tot een „Landsmannschaft" of

II