Hij bewerkte bovendien een geroemde Engelse vertaling van enkele commentaren op Job en verzorgde meerdere studies ook buiten zijn speciaal-Joodse vakgebied.
Tot de publicaties van Samuel Hirsch behoren verder The Cabba-lists and other essays, Londen 1922 en A book of essays, Londen 1905. Over Joodse mystiek publiceerde hij ook in The Jewish Quar-terly Review.
bij pag. 26.
Voor Oom Reb Jossef Hirsch (1821—1870) zie A. Druyff Herinneringen uit het oude Amsterdamsche Ghetto (De Vrijdagavond VIII, 44).
Van A. B. Kleerekoper zijn uiteraard de Oproerige Krabbels bekend en (in Joodse kringen) zijn Zionistisch Schetsboek. Minder bekend is zijn poging om te komen tot een bijbelvertaling, van welke poging ons slechts rest een vrij matige dichterlijke bewerking van Het Hooglied (Zangen van Liefde), Amsterdam, 1903.
misjpoge = familie gower = kerkelijke eretitel
bij pag. 27.
Wat de typische 19e eeuwse Hollandse gebeden betreft en in het algemeen wat het Joodse Onderwijs in Nederland aangaat, zijn wij nog altijd zeer slecht geïnformeerd. Een zeer summier overzicht geeft A. Frank: Joods Onderwijs te Amsterdam in de eerste helft der 19e eeuw. Zie voorts een bijdrage in de recente Bundel-Hausdorff, Amsterdam 1951, van de hand van H. Jacobs.
Ook blijft van waarde het speciale Onderwijsnummer van Haischa, Orgaan van den Joodschen Vrouwenraad in Nederland, Januari 1940, met een bijdrage van A. de Jong: Onderwijsrapporten in Nederland sinds 1862.
Zie voor Duitsland en de onderwijsverhoudingen aldaar de Inaugural-Dissertation van Dr Hermann Levi: Lehrbuch und Jugendbuch im Jüdischen Erziehungswesen des 19. Jahrhunderts in Deutschland Versuch einer entwicklungsgeschichlichen Darstellung nach Inhalt und Methode (Köln 1933).
bij pag. 28.
Höousék bemitswe, poter min hamitswe = Wie bezig is met de ene religieuse handeling is vrij van de andere.
62