Het Joodsche lied, 2de boek

Titel
Het Joodsche lied, 2de boek

Jaar
1921

Druk
1921

Overig
1ed 1921

Pagina's
162



AAN EEN JOODSCHEN BOER

52

Wij zijn te zaïnen door den dauwen morgen Naar zijn akkers en zijn gaarden gegaan. Te zien, hoe nu, na regen, zon en zorgen Al de gewassen op het winnen staan.

Een jonge, joodsche boer breed in zijn schouders. Hij spreekt het Hebreeuwsch der eeuwen met mij. Verdreven uit Rusland waren zijn ouders, Hij voelt zich meester van het land en vrij.

Hij zegt: ,,dit is mijn Land", gelijk de Dichter Zegt: „dit is mijn Lied" en zijn wijd gebaar Is schoon als rijm en maat. Een sterk herstichter Van zijn Volk staat hij tusschen zijn land daar.

Hij schat zijn erwten-akker wijd gelegen, Hij berekent zijn werk en zijne winst. Na zaai en zorgen zooveel rijke zegen. Twintig of dertigmalen wel het minst.

Zijn wijngaard met de kortgeknipte koppen, De ranken rekken zich reeds overal. De amandelen, zuur-zacht en zoets droppen Van binnen, waar de pii zich zetten zal.

Ik voelde al de liefde in zijne stem beven, De jonge joodsche boer voor 't joodsche liand. Hij heeft het de zorg van zijn hart gegeven En de macht van zijn trouwe, breede hand.

En 't land geeft hem in volle liefde weder, Hij berekent winst, maar niet om de winst. Zijn land is zijn trots. Hij staat sterk en teeder Voor 't werk en acht gewonnen geld het minst,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.