Kwatrijnen

Titel
Kwatrijnen

Jaar
1924

Druk
1994

Overig
poezie

Pagina's
192



ONVEILIG.

In een lichte duizling leef ik.

Mijn leven schuimt als de Turijnsche wijn.

Voor mijn ziel en zinnen beef ik.

Waar zal het einde van mijn zwerven zijn?

DE REGENBOOG,

Wie zal in de regenboog scheiden Den regen van de zon?

Zóó dacht ik, dat ons beiden Niets scheiden kon.

EEN MATROOS.

Een lichtmatroos: zijn donkre haren,

Zijn oogen bloeien, zijne wangen blozen,

Denk niet aan de duizenden lichtmatrozen, Die jong en schoon als deze waren.

DE DOOD LANGS VIA PARTENOPE.

Napels: 't leven drijft driftig heen,

Langs vlotte vreugd en luide lust.

Groot en onzichtbaar gaat er Eén,

Die alles voert tot rust.

EEN JONGEN.

Een bonte groentekar, daarvóór een ezel,

Een jongen staande en hij stuurt trotsch en Hij spant iedere spier en iedre vezel, [stout Terwijl hij het koppig dier binnenhoudt.


Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.