*94
geldt voor ״toerekenen” in de andere uiterste betee-kenis. Doordat Prof. Heijmans geene rekening hield met de beteekenis-verschuivingen tusschen de beide uitersten heeft hij in werkelijkheid andere waarden bewezen, dan hij te bewijzen dacht.
* *
*
Toerekenings- Nu wij de waarde hebben vastgesteld van ״toere-vatbaar en toe- kenen” kunnen wij de waarde vaststellen van ״toe-
rekenbaar. י י J ,
rekenbaar en van ״toerekeningsvatbaar .
In de groep van de drie onderzochte woorden : ״aan-sprakelijk, verantwoordelijk, toerekeningsvatbaar” ge-bruikten wij voor den dader standvastig het woord ״toerekeningsvatbaar’’ en niet het woord ״toereken-baar”. De aldagelijksche spreektaal gebruikt het woord ״toerekenbaar” in beteekenissen welke strijdig zijn met de logische waarde van het woord. Het belang van de rechtstaal brengt mede, dat wij dit onjuiste spraak-gebruik uit de rechtstaal keeren.
Noodzakelijk- Wij staan thans nogmaals voor de moeilijkheid, dat heid der vol- een algemeen handboek der signifiek ontbreekt. De
gende algemee- ו ווו u ־ ״Uu * u**
ne beschouwin- volgende algemeene beschouwingen behooren niet bij-gen· zonder tot het gebied van de rechtskundige signifiek.
handhoek^ der Maar zij kunnen tot goed verstand van de waarde signifiek. van de woorden ״toerekenbaar” en ״toerekeningsvat-baar” niet worden gemist. In een handboek der signi-fiek zouden de volgende beschouwingen geplaatst be-hooren te wrorden bij de signifiek der woordsoorten, in het bijzonder de signifiek van de bijvoeglijke naam. woorden en van de achtervoegsels. Of bij de signifiek der rededeelen, in het bijzonder de signifiek van de onderwerpen en van de voorwerpen.
Wanneer wij de waarden nagaan van de verschillende