154
Intusschen : evenals de beschouwingen over de doel-gedachte en het verschuivingsverschijnsel zijn de na-volgende beschouwingen meer juist naarmate het werk-woord meer eene werking uitdrukt, dat wil zeggen: meer in den vollen zin van het woord een ״werkwoord” is.
Gedeeltelijk sluit ik mij aan bij de ״Nederlandsche Spraakkunst” van C. H. den Hertog. *)
* *
*
Verdeeiing der Men kan de werkwoorden in verschillende groepen werkwoorden. verc[eelen naar gelang van het aantal zelfstandigheden, die bedrijvend of lijdend bij de werking betrokken zijn. subjectieve of In de eerste plaats komen de werkwoorden, waarbij een-persoons- geene anclere zelfstandigheid betrokken is dan het
werkwoorden. ö °
onderwerp. Den Hertog noemt deze werkwoorden subjectieve werkwoorden. Ik noem hen liever één-persoonswerkwoorden, omdat ik dan zonder moeilijke woordenkeus de later te noemen objectieve werkwoorden weder in tweeën verdeelen kan.
Beteekenis Meestal beteekenen deze werkwoorden een verkeeren dezer werk- Qf een komen in een toestand : slapen, zweven, hangen,
woorden. r י ö י
vallen, vertrekken, sterven, enz.
Uitdrukkingen als: ״hij sliep een gat in den dag”, ״hij stierf den heldendood”, laten wij buiten beschouwing. 2)
zie het buitengewoon samengestelde werkwoord in het Blackfoot bij Prof. C. C. Uhlenbeck: ״De vormen van het Blackfoot” in de Verslagen der Koninklijke Akademie van Wetenschappen van 1913 bldz. 200. Prof. Uhlenbeck spreekt van ״een indrukwekkend verbaalsysteem, dat de meest verschillende rededeelen aan zich onderwerpt en in zich opneemt.”
1) Vooral bij Deel I ״De leer van den enkelvoudigen zin” § 15. ״Voorwerpen” en Deel III ״De leer der woordsoorten" § 84.
2) Den Hertog III bldz. 46, noot.