13
van de verskunst van Herman Gorter: „In ’t algemeen slechts kan men weten, dat kunst de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie moet zijn.”1)
Wanneer zoo eene kunst mogelijk was, zou zij buiten de verstandhouding der menschen blijven, gelijk min of meer met sommige verzen van Herman Gorter is gebeurd.2)
Anderzijds: ook de zelfverkeering kan niet op zich zelve worden gesteld. Dat is: volkomen verstandhouding is niet mogelijk, en zou ook geene verstandhouding meer zijn.3)
Individualiteit is betrekkelijke eenzaamheid, dat is: betrekkelijke gemeenschap.4)
Iedere sensatie is individueel en algemeen-mensche-lijk. Maar juist het individueele kan niet worden beschreven. Op twee wijzen kan naar zoo eene beschrijving worden gestreefd.
1
*) In „Veertien jaar litteratuurgeschiedenis’', herdrukt in „Nieuwere litteratuurgeschiedenis”, Deel 2. Waarover: Is. P. de Vooys „De Dichter Herman Gorter’' in ,,D© Beweging” van November 1905, bldz. 159.
2
) Alex. Gutteling „De Veertien Jiaar Litteratuurgescihiedenis van Willem Kloos” in „De Beweging” van Juni 1907, bldiz. 383-387.
3
) Schiller: Sprache: „Warum kann der lebendige Geist dem Geist nicht erscheinen? Spricht die Seele, so spricht, ach, schon die Seele nicht mehr.” En: An den Dichter: „Lasz die Sprache dir sein was der Körper den Liebenden. Er nur ist's, der die Wesen trennt, und der die Wesen vereint”.
4
) Just Havelaar „Persoonlijkheid” in „De Gids” van Juni 1918.