hof bij school niet weerzien, het bestrate pleintje, tusschen de vergane steenen waarvan het gras zóó groeide, alsof het over de steenen lag gestoft.
9.
Johan ging toen uit het huis om zijnen brief naar het postkantoor te brengen. Hij liep eerst langs zijn smalgewassen perenboompje, dat uitgebloesemd, zwart in het witte maanlicht stond. Bij de tuinpoort kwam hij voorbij twee hooge kastanjeboomen, die nog wel bloeiden, met bossen van bloemen, die als witte lampen tusschen de bladeren stonden, die donkergroen waren.
Johan kwam nu door het ongegoede straatje van de Vier Heemskinderen, om op de Markt te komen. Het was toen al laat, de woonhuizen waren dus al voor den nacht gesloten, waartusschen lichtge-laten winkelwoningen brandden. Johan zag, hoe mooi de Markt was, en zijn verdriet was zeer beslist sterk, dat hij uit hun huis en uit hunne stad wegmoest.
Hij bleef in dien nacht laat op, in eene kamer zonder licht. Hij luisterde vaag naar de vlagen des winds, die in de takken van de boomen van den tuin woelde, alsof het regende.
10.
Zoo spoedig het voor haar mogelijk was, schreef mevrouw Rie-mersma eenen brief aan Johan. Het was een lange en vriendelijke brief. Zij schreef, dat hij komen kon, wanneer hij wilde, want zijne kamer was klaargezet. Hij kon maar eene kamer bewonen, omdat zij er geen twee te missen had. Maar zijne kamer was ruim, stil, licht en zonnig. En Richell had ook maar eene vrije kamer. Maar het was daarentegen wel waar, dat hij nog een eigen ander huisje had op den Kouden Horn. Zij had er wel over gedacht voor Hans te verhuizen, maar zij wist niet hoe lang hij bij hen inwonen bleef, en als hij later van woning wilde veranderen, dan bleef zij zitten met den last van een huis, dat onnoodig groot, en dus duur was. Ook was eene verhuizing moeilijk voor haren blinden man, die in hun huis met zijne handen overal den weg doorheen vond, maar voor wien het moeilijk was aan den veranderden stand van zaken in eene nieuwe woning te gewennen. Verder schreef mevrouw, dat haar man Hans op eene vriendelijke manier groeten liet. Haar man had
68