Pathologieën

Titel
Pathologieën

Jaar
1908

Druk
1975

Overig
herdr 1975

Pagina's
239



voornaamste van de duivelachtige jongens was, stak zelf toch zonder vragen en zonder bekomen verlof van den jongen onderwijzer de lampen aan. De onderwijzer durfde daarover geen woord uit te spreken.

Nadat eenige minuten op een vreemd-rustige wijze gewerkt was, stond Kor Koster op, zeggende, dat hij die achterste lamp eens wat temmen zou, want dat ding loeide als een stier, en stak ook zijn tong tegen hunnen goeden onderwijzer uit. De jonge man voelde, dat men hem in die klasse weder begon te mishandelen. Hij wilde tegenspreken, maar zijne stem stikte in zijne zwellende keel.

Toen brak het eerste lampeglas. Het viel deels in fijne warme schervels over de achterste banken. Een grooter scherf viel dwars over de vlam hangende, die dus vuilgeel en dikzwart begon te walmen. De jongens begonnen nu dadelijk en langdurig te gillen, dat die lamp wel brand kon maken, en ook, dat zij wel doodelijk gewond konden worden aan hun hoofd en aan hunne oogen. Maar nu maakte Kor Koster die walmende lamp uit.

״Ik vind jou een klein kind," zei hij tegen zijnen makker Geo Geertsma... ״je weet niet half hoe je de klas ophoudt... ja zeker . .. zeg eens, dat het niet waar is."

Toen ging Kor Koster zitten. Maar sommige andere jongens sarden nu den onderwijzer, dat zij vast niet op de achterste banken wilden zitten, voordat de wondende glasscherven daarvan verwijderd waren. Zij staken lucifers aan, en zochten luid en ijverig naar stukjes glas. Wanneer zij er een vonden dan droegen zij het tusschen duim en wijsvinger in de prullemand. Zij deden dat met veel ernst.

Met moeite kreeg de jonge onderwijzer de klasse zoo ver, dat er weder opgelezen kon worden. Hij moest telkens kijken . . . hierheen ... daarheen ... hij werd radeloos moew en duizelig.

Het tweede glas barstte nu aan scherven. De jongens gilden daarna heviger, dat er levensgevaar bij zulke lessen was, beslist levensgevaar. Twee, die altijd bij elkander waren, maakten nu ruzie als twee felle vijandige jongens. Kor Koster bemoeide zich er mede, zeggende, dat het schandelijk was eene geheele klasse zoo schandalig op te houden. Ook zeide hij, dat Fransch op ieder examen een voornaam leervak was, en verder, dat zij hunnen onderwijzer zeer veel verdriet deden. Kortom: zij moesten stil zijn.

De jonge onderwijzer zeide niets. Hij was tot den dood toe bang voor den hoofdonderwijzer, dat die binnen in de klas zou komen,

36

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.