gevraagd over haar proces en haar gevangeniservaringen. Dat gebeurde trouwens meermalen: de politieken, vooral zij die lange tijd gevangen zijn, verheugen zich steeds ten zeerste iemand te zien, die eerlijke, betrouwbare tijding van buiten brengt. Dan vragen zij meer dan dat zij vertellen en men mag hun schamel geluk niet storen. Meermalen ook waren politieke gevangenen zó zenuwachtig en zó ontroerd, dat zij niet spreken konden en mij vroegen bij hen te blijven, maar niets te vragen. Mejuffrouw Philippov, een onderwijzeres, was een van de meest bekende revolutionairen. Zij moest nu met tien medebe-klaagden terechtstaan en verwachtte veroordeling tot enige jaren katorga en verbanning naar Siberië, die trouwens na ka-torga vanzelf volgt. George Kennan spreekt zijn verwondering uit, dat zovele vrouwelijke politieken er zo onschuldig, simpel-tjes uitzien. Inderdaad: mejuffrouw Philippov zag er geheel niet opvallend uit. Zij was klein, haar ogen waren zonder iets bijzonders. Ongelooflijk, dat zij een zeer bekende revolutionaire was. Zij was in het begin wantrouwend. Later niet langer. En zij was verheugd, toen ik haar vertelde, dat ik in het voorjaar bij Kropotkin een dag gast was geweest. Kropotkin is bij de politieke gevangenen zeer bemind, ook bij de niet-anarchisten. Meermalen heb ik tot in de kleinste bijzonderheden alles moeten vertellen van zijn leven en van zijn gezondheid. Het was meestal mijn eerste vraag aan de politieke gevangenen: ‘Leest u Marx of Kropotkin?’ De bedoeling van die vraag werd dadelijk begrepen en de mededeling, dat ik Kropotkin had ontmoet deed altijd vreugd. De regeringsambtenaren vonden het verdacht; zij begrijpen niet, dat het hart Kropotkin liefheeft, al kan ook het verstand hem niet steeds gelijk geven. Toen ik eens aan een middagtafel met meerdere regeringsambtenaren mij op Kropotkin beriep, was de tafel met stomheid geslagen. Geen twee, die elkander aankeken, waarschijnlijk omdat er geen twee waren, die Kropotkin niet gelijk moesten geven. Of mejuffrouw Philippov reeds veroordeeld is en zo ja tot welke straf, weet ik niet.
In een van de St.-Petersburgse gevangenissen waren in een cel twee niet-politieke moordenaars. Gewone straatrovers. De
78