men aan de zorg voor verwaarloosde kinderen beginnen.
Gelijk reeds gezegd werd: civiele ontzetting uit de ouderlijke macht is in Rusland op het ogenblik nog niet mogelijk. Alleen in gevallen van rechtens bewezen mishandeling kunnen de kinderen aan de ouders worden ontnomen. Nu treedt de willekeur ten goede op. Ouders, die hun kinderen verwaarlozen, worden bedreigd met een aanklacht wegens mishandeling, wanneer zij de kinderen niet vrijwillig afstaan. Dikwijls helpt dat. Ook komt het voor, dat men de verwaarloosde kinderen eenvoudig van de straat neemt en in een gesticht plaatst. Eisen de ouders hun kinderen in rechte op, dan vinden zij steun noch gehoor, daar iedereen weet, dat de kinderen in het gesticht veel beter zijn.
Ook komt het voor, dat de ouders zelf zich tot de kinderrechter wenden met verzoek hun kind in een kolonie of prioet te plaatsen, voor het vervalt tot misdaad en prostitutie! Plaatsing in een kolonie of prioet is echter alleen mogelijk krachtens vonnis. Maar ieder kind neemt thuis wel eens iets weg, een kleine lekkernij of ander voorwerp. Met goedvinden van de ouders wordt het kind dan wegens diefstal veroordeeld en in kolonie of prioet geplaatst. De kinderen uit koloniën en prioeten worden in hun later leven volstrekt niet geminacht. Eerder het tegendeel.
De strafrechtelijke minderjarigheidsgrens is tien jaren. Tegen misdadige kinderen beneden tien jaar kan bij onwilligheid van de ouders absoluut rechtens niets worden gedaan. De politie houdt hen soms enige uren in een posthuis of geeft hen een pak slaag. Ik heb in de kolonie bij St. Petersburg een jongen gezien, die voor zijn tiende jaar bijna veertigmaal door de politie was opgepakt. De eerste maal, dat hij boven de tien iets deed, werd hij veroordeeld tot opzending naar een kolonie. Hij ontsnapte op het station te St. Petersburg, werd vele maanden daarna in Zuid-Rusland gevonden, en is thans, behoudens voortdurende neiging tot vluchten, een zeer geregelde kameraad.
De strafrechtelijke meerderjarigheidsgrens is zeventien jaar. In de koloniën blijven de verpleegden gewoonlijk tot zij achttien jaar zijn. Komen zij na hun zestiende jaar dan kunnen zij blijven tot hun éénentwintigste. Een belangrijke leeftijdsgrens is die
37