humor, uitgevoerd door mensen die de hele dag serieus met ernstige dingen bezig waren en zich moesten ontladen. Deze voorstellingen waren rituele gebeurtenissen en eindigden altijd met het zingen van God Save The King. Iedereen was erbij, ook Mechanicus. Hij zal het waarschijnlijk prachtig gevonden hebben, maar hij deed nooit mee. ’
Mechanicus werkte in zijn Handelsblad-jaren nauw samen met hoofdredacteur Von Balluseck. Daniël Johannes von Balluseck was in 1918 als redacteur Buitenland bij het Algemeen Handelsblad in dienst getreden. Na diverse correspondentschappen werd Von Balluseck in 1929 in de hoofdredactie benoemd. Enkele jaren later kreeg hij de redactionele leiding van de krant in handen. Von Balluseck had een voortreffelijke reputatie en stond bekend als een rechtschapen man, een diplomaat en onderhandelaar bij uitstek. Hij kende de buitenlandse politiek zeer goed, door de vele reizen die hij had gemaakt en de diverse functies die hij had vervuld. Uiteraard hadden Von Balluseck en Philip Mechanicus op de krant veel contact met elkaar. Tops Lefebvre-van Bellen, die Von Balluseck goed kende, zei: ‘Die twee lagen elkaar wel, ondanks de totaal tegengestelde karakters. Les extrèmes se touchent. Mechanicus was een heel moeilijk mens om mee om te gaan, maar Von Balluseck kon prima met hem overweg. Het waren beiden bereisde, intellectuele mensen, zeer geïnteresseerd in politiek. Dat deelden ze met elkaar.’
Het verhaal gaat dat Mechanicus een perfecte imitatie van Von Balluseck kon geven. Deze kon tijdens vergaderingen dusdanig lange zinnen produceren, dat hij soms zelf niet meer wist waar hij het over had en dan zomaar abrupt stopte, zonder dat iemand er iets van begrepen had. Mechanicus schijnt in besloten kring Von Balluseck regelmatig te hebben nagedaan, ondanks zijn grote respect voor deze hoofdredacteur.
Bij het Handelsblad was Mechanicus’ voorliefde voor vrouwen bekend. ‘Iedereen wist wel dat hij gecharmeerd was van de dames. Daar werd op het Handelsblad veel over gesproken. Ik was denk ik nog te jong om daar actief aan deel te nemen, maar er werd zeker over gekletst en met name bij de oudere redacteuren waren de affaires en relaties van Mechanicus een geliefd onderwerp van gesprek. Hij had heel wat damestasjes hangen, zo werd dat in die dagen gezegd,’ aldus Ward Mes-ser. En Tops Lefebvre-van Bellen: ‘Hij was zeer gevoelig voor aardige, jonge vrouwen.’
Jeanne Roos, de latere ParooZ-journaliste, was in die jaren een ‘piep
77