Annie Jonkman had de dagboekschriften van Mechanicus gelezen en was op de hoogte van zijn relatie met Annemarie van den Bergh-Riess. Zij stuurde Ruth naar de Brahmsstraat 2, het adres dat Mechanicus in een van zijn laatste brieven had genoemd. Toen de 19-jarige Ruth daar ’s avonds op bezoek kwam, trof ze een doodvermoeide en zwakke Annemarie aan. Ruth: ‘Ik was niet erg op mijn gemak en gaf haar wellicht weinig mogelijkheid om zich te uiten.’
Annemarie wist niets naders over het lot van Mechanicus. Ook liet zij weinig los over de gebeurtenissen in de kampen. Ze kon Ruth alleen inlichten over het transport van haar vader uit Bergen-Belsen. ‘Je kon merken dat ze héél veel geleden had,’ aldus Ruth.
Swiep van Wermeskerken: ‘Annemarie was na haar terugkomst zeer gesloten over de kampen, zoals zovelen. Ze heeft Philip Mechanicus wel genoemd, maar verder kan en wil ik er niets over zeggen. Ik vind dat het niemand meer iets aangaat. Dat klinkt misschien onaardig, maar zo voel ik het nu eenmaal.’
Annemarie bleef nog enige j aren in Amsterdam. Omstreeks 19 51 besloot zij Nederland te verlaten. ‘Ze had te veel meegemaakt en kon hier niet meer aarden. Ze wilde weg,’ vertelde Swiep. Ze reisde naar Egypte, waar zij als secretaresse op een van de ambassades een functie kreeg. Dit werk zou zij bijna tien jaar doen, hoewel haar gezondheid slecht bleef. Annemarie van den Bergh-Riess overleed in Cairo op 3 juli 1960.
Een halfjaar na de oorlog wist Mechanicus’ familie nog steeds niet wat er met hem was gebeurd. Wel kwam in deze tijd het officiële bericht dat zijn vriendin Olga Moskowsky-Elias in mei 1943 in Sobibor was omgekomen. Uiteindelijk plaatste Ruth, begin oktober 1945, een oproep in Het Parool. Hierop meldden zich Jacob Jessurun Pinto en Izaak Korn; beide mannen vertelden wat er met Mechanicus in Auschwitz-Birke-nau was gebeurd. ‘Het waren intens trieste mensen, die alles en iedereen verloren hadden,’ herinnerde Ruth zich. Op 1 november 1945 legden Pinto en Kom hun verklaringen in notariële akten vast. Mechanicus’ dood werd enkele dagen later op de voorpagina van het Algemeen Handelsblad bekendgemaakt. Op 22 juli 1946 stelde de Arrondissementsrechtbank van Amsterdam zijn overlijden officieel vast op zondag 15 oktober 1944.
Mechanicus’ dagboekschriften werden in de oorlogsjaren door Annie Jonkman thuis in de J.M. Coenenstraat bewaard. De laatste maanden
240