Buigen onder de storm - Levensschets van Philip Mechanicus 1889-1944

Titel
Buigen onder de storm - Levensschets van Philip Mechanicus 1889-1944

Auteur
Koert Broersma

Jaar
1993

Overig
biogr Mechanicus

Pagina's
258



Op donderdag 20 april 1944 verklaarden de kampautoriteiten de quarantaine van de groep-Mechanicus ten einde. Het gezelschap werd na bijna zes weken van betrekkelijke rust, overgebracht naar het gewone Sternlager. Hier verdeelde men de bewoners over verschillende barakken en diverse werkcommando’s. Voor de meesten begon hiermee het ‘gewone’ kampleven. De dagelijkse beslommeringen bestonden uit het gehate appel, werken, eten en slapen. Zowel Louis Tas als Renata La-queur somden de dagindeling in hun dagboeken op: ‘Om kwart voor 5 wordt er gewekt. Om 6 uur op het grote terrein werkappel, waarna de commando’s afmarcheren naar het werk, dat om ongeveer half 7 begint. Werken tot ongeveer half 12, 12 uur, vervolgens weer appel, dan wat koolraapsoep eten, om half één wéér appel met tellen, in gesloten colonne naar de werkzalen terug en werken tot half 7. Vervolgens opnieuw avondappèl. Als wij dan boffen, “klopt” het (na nog ettelijke tellingen overdag!) en dan mogen wij naar de barakken. Klopt het echter niet, dan staan wij ’s avonds nog een paar uur met lege magen in de kou.’

Met name Louis Tas keek in zijn nieuwe omgeving met afschuw naar hetgeen zich voor zijn ogen afspeelde. ‘Wat men hier ziet rondlopen, kan in menig opzicht concurreren met een transport uit Amersfoort, dat ik te Westerbork zag, eind november. Plaatjes van het Simavi-nood-fonds. Gekke loodgeel- of groenkleurige gezichten. Skeletten of juist hongeroedeem. Het eten bevat namelijk vrijwel geen eiwit en ook verder voornamelijk water. Er zijn per dag 2-6 sterfgevallen, op 3000 mensen is dat 20% per halfjaar, als de mortaliteit niet verder stijgt,’ schreef

hij.

Veel Nederlanders werden bij het schoenencommando ingedeeld. Dit werk hield in dat oude soldatenlaarzen naadje voor naadje uit elkaar gepeuterd moesten worden en dat vervolgens de lapjes leer in de daarvoor bestemde oude Wehrmacht-hzlmen moesten worden gedeponeerd. Volgens Renata Laqueur was één helm bestemd voor goede bruikbare stukken leer, één voor afvalleer en één voor textiel. ‘Dit was onze sabotagekans,’ schreef ze. ‘Van de goede stukken leer kon nog kunstleer worden gemaakt. Wij zorgden ervoor deze ongemerkt in kleine onbruikbare stukjes te snijden. Het textielleer, een veel te mooie naam voor de vieze, versleten stukjes schoenvoering, werd door ons gebruikt als nodig artikel op de latrine.’

Louis Tas vertelde dat hij nog steeds in staat is om met een mes een leren laars feilloos te ontleden. Over Mechanicus zei hij: ‘Ik weet het niet zeker meer, maar ik vind het voor de hand liggen dat ook hij in het

221

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.