Buigen onder de storm - Levensschets van Philip Mechanicus 1889-1944

andere kleinkinderen hielden het erop dat ‘Opoe’, zoals ze werd genoemd, met een kistje garen en band langs de huizen ging, of op de markt stond.

De jonge Philip groeide onder financieel moeilijke omstandigheden op. Zijn lagere school stond in de Zwanenburgerstraat: School no. 4. Hij was een pientere knaap, die goed kon leren en graag naar school ging. Datzelfde gold voor zijn broers Ben, Jaap en Joop, die het onderwijs met plezier en succes volgden.

De jongens Mechanicus stonden bekend om hun lenigheid. Philips oudste dochter Rita Schaap-Mechanicus: ‘Het was net een stel apen. Ze konden uitstekend op hun handen lopen. Daar maakten ze een hele voorstelling van. Paps en zijn broers liepen in een rijtje, achter elkaar, op hun handen door de straat naar één van de bruggen, staken die over en keerden vervolgens weer terug naar huis, onder luide aanmoediging van vele toeschouwers.’

Met hun schaarse bezittingen behoorden Sarah en Elias tot de pauperklasse onder de joodse bevolking. Deze situatie werd er niet beter op, toen rond de eeuwwisseling hun huwelijk stukliep. Volgens de verhalen veroorzaakte met name Elias de problemen. Hij kon zijn geldzorgen niet of nauwelijks meer aan en raakte aan de drank. Daarnaast zou hij ook veel geld hebben vergokt. Zijn kleindochter Bep Peters-Mechanicus, een dochter van Jacob, meende dat het niet alleen de gelden drankproblemen waren, die het gezin Mechanicus teisterden: ‘Grootvader Elias was jaloers. Mijn grootmoeder was een knappe vrouw, die op straat vaak werd nagekeken. Opa kon daar absoluut niet tegen. Hij vond dat grootmoeder het uitlokte, en hij ruziede hierover voortdurend met haar. Kortom, er ontstond een onhoudbare situatie.’

Ook andere rampspoed bleef het gezin niet bespaard. Zoon Samuel stierf toen hij anderhalf jaar oud was, in februari 1894. Vlak daarvoor zag Jacob het levenslicht, twee jaar later gevolgd door Joseph. Deze twee kinderen bleken wél goed gezond. De zesde zoon, Louis, geboren in april 1897, kampte echter met dezelfde slechte gezondheid als Samuel. Sarah kon ondertussen haar problemen niet meer aan. Wel kwam nog in december 1899 zoon Meijer gezond ter wereld, doch in juli 1900 werd Sarah in een inrichting opgenomen, waar zij een jaar voor haar depressies zou worden verpleegd.

Louis overleed enkele maanden voor zijn vierde verjaardag, in januari 1901. Een half jaar later werd Sarah uit de inrichting ontslagen en voegde zich weer bij haar gezin. Zij raakte opnieuw in verwachting en

20