Redt de Joden!

Titel
Redt de Joden!

Jaar
1946

Overig
Wat gebeurt er met de Joodse oorlogspleegkinderen?

Pagina's
20



heeft gebracht.

Maar laten wij aannemen, dat de assimilatie wel gelukt. Het kind heeft een flauwe herinnering aan het ouderlijk huis en deze sterft af en daartegenover staan grote zorg en liefde, die de jaren door blijven bestaan. Wat dan? Dan boeken wij toch verlies. Zoals wij verlies boeken bij elke Tsjitske, die Titi wordt, boeken wij dat ook als een Mozes in een Maurits wordt „gleichgeschaltet”. Assimilatie is verlies van diepte, verlies aan waardigheid voor den geassimileerde, die zijn achtergrond bewust of onbewust verloochent c.q. moet verloochenen1). Een kind onwetend in een Christen-gezin houden is leugen en zo'n leugen met eindeloze zorg opgebouwd en verzorgd, komt toch op een goede dag uit. Het is bovendien ongeoorloofd iemand — wie dan ook — van zijn verleden los te maken, althans waar het niet vaststaat, dat dit verleden zedelijk en godsdienstig te veroordelen valt. En dat zal toch niemand omtrent het Jodendom durven beweren?

Men zal echter vragen: Is bekering dan onmogelijk of verkeerd? Bewuste bekering niet, maar de Jood uit vrijzinnig en dat wil vaak zeggen a-religieus milieu, die plompverloren Christen wordt, toont dezelfde oppervlakkigheid als de Christen-dames, die nooit in een kerk geweest zijn en dan het heil in de theosofie b.v. vinden.

Wij hoeven niet alle godsdiensten ter wereld te kennen, maar wie zich „bekeert”, hoort te weten, waarom hij zijn aangeboren erfdeel verwerpt. Hoe zit het bovendien met die bekeringen? Is het niet vaak een bewijs van armoede, een haastig aangrijpen van een toegeworpen reddingslijn? Is het ook niet dikwijls enkel maar een uiting van vrees, een met alle geweld buiten het Jodendom willen treden, waarbij het nieuwe geloof een soort levensverzekering wordt? En kan hiervan iets goeds worden verwacht, mag althans het Christendom blij zijn met zulke overgangen? Wij hoorden van een drietal Joodse meisjes uit z.g. vrijzinnig milieu, die alle drie gered zijn. De oudste was bij Gereformeerden ondergedoken geweest, was prompt ook Gereformeerd geworden en had „hèt” nu gevonden. De tweede was bij orthodox-hervormden terecht gekomen, was vurig orthodox-hervormd geworden en had „hèt” ook gevonden. De jongste was bij onkerkelijken geweest en nog even vrij-zinnig als tevoren. Nu streden de oudste zusters om de ziel van de jongste en beiden dachten, dat zij slechts langs haar weg zalig kon worden. Wij weten niet, wat hier het beste op zijn plaats is: lachen of huilen. Maar misschien is het enkel maar humoristisch en moet dit met „een lach en een traan” worden genomen. Maar veel respect voor deze bekeringen kunnen wij in geen geval hebben.

Nu gaat het hier echter om bekering van ouderen, terwijl het uitgangspunt was de vraag; Wat moet er met de Joodse kinderen gebeuren? Wij willen hier duidelijk zijn: De gedwongen doop, de opvoeding van het Joodse kind in een richting, die afvoert van de oorspronkelijk ingeslagen weg, achten wij immoreel. Men kan zeggen; Maar de ouders *) Terecht zei Rabbijn A. Prins op de massale Herdenkingsbijeenkomst te Amster» dam (Juli ’45): „De vlucht uit het Jodendom in de assimilatie, is het doorsnijden van de natuurlijke band, het verloochenen van ons geboorterecht en vormt een capitulatie na de overwinning, maakt ons „nog in leven zijn” waardeloos.”

9

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.