Redt de Joden!

Titel
Redt de Joden!

Jaar
1946

Overig
Wat gebeurt er met de Joodse oorlogspleegkinderen?

Pagina's
20



en dat hij zichzelve tep verderve richt, is het een eis van barmhartigheid zich over hem te ontfermen en, als hij zelf niet luisteren wil, in elk geval zijn kind te redden. En sociaal-psychologisch èn godsdienstig bestaat er dus de plicht, op assimilatie aan te sturen. De drang om Joodse kinderen buiten de Joodse gemeenschap om op te voeden, moet, zo menen deze mensen, gewaardeerd worden als een actie in het belang van deze kinderen.

Beide houdingen zijn o.i. uitingen van misleiding. Evenmin als in de vorige eeuw de doop van de Joden, „een entrée-biljet voor de Europese cultuur” — die men toen nog bewonderen kon! — was, evenmin zal dat nu het geval blijken te zijn. Bemstein') wijst er op, dat, toen de Joden er een gewoonte van maakten hun kinderen Siegfried en Siegmund te noemen, het niet lang duurde, of deze namen waren.... Joodse voornamen. De Duitsers weigerden hun kinderen een naam te geven, die vaak door de Joden gebruikt werd. En dit voorbeeld kan met vele andere worden vermeerderd. Vele Joden doen hun best om Duitser, Nederlander, Amerikaan te worden en het enige, dat zij bereiken is, dat men hen vroeger of later als Joden aanwijst. Als ergens op straat — zo zegt Bernstein — een Nederlandse, een Amerikaanse en een Duitse Jood lopen, dan kan het zijn, dat zij heel duidelijk het land van hun herkomst laten zien, maar „the man in the Street” zal toch constateren; Daar lopen drie Joden! De Jood kan nog zo zijn best doen om zijn „Schicksal” te ontlopen, hem zal dit evenmin gelukken als ieder ander. Het lot wordt noodlot voor dengene, die het ontvlucht. De assimilatie zal des te meer tragiek bevatten naar mate de mens er zich meer aan overgeeft. Tot het voor hem beschikte lot wordt aanvaard en geloofd zal de mens er zijn moeilijkheden mee hebben.

Wij weten heel goed, dat in de drang om het kind te beschermen tegen zijn Joodzijn en vooral tegen de anti-semitische stemming iets moois kan schuilen. Het lijkt ook juist, als een pleegvader zegt: „Het is niet de vraag, wie recht op het kind heeft, de Joodse gemeenschap of ik! Alleen de verplichting, die wij jegens het kind hebben, mag de beslissende factor zijn!” Maar men vergeet dikwijls de consequenties, die hieraan vastzitten. Een ouderloos kind wordt b.v. bij zijn pleegouders gelaten. Stel nu, dat de assimilatie volkomen lukt — de mogelijkheid daarvan moet natuurlijk worden opengelaten — dan krijgen wij gemengde huwelijken en tenslotte verlies van deze elementen voor het Jodendom. Op dit laatste komen wij nog terug. Maar als de assimilatie min of meer mislukt — en die kans achten wij vooralsnog het grootst — dan zal het kind vroeger of later te verstaan worden gegeven — met of zonder woorden —, dat het in zijn omgeving eigenlijk niet hoort. Het kind is daar de minderheid en zal zijn Jood-zijn dus als een belemmering, als iets hinderlijks en onwaardigs gaan beschouwen, d.w.z. het kind zelf ondervindt morele schade. Wij twijfelen er aan, of met deze reële mogelijkheid voldoende rekening wordt gehouden. En dat na zoveel eeuwen van soms gruwelijk anti-semitisme! Wij kunnen het gevoel niet van ons afschuiven, dat een zekere lichtvaardigheid door zendingsijver slecht gecamoufleerd en met het Joodse kind als inzet, velen op een dwaalweg ‘) F. Bernstein — Over Joodse problematiek.

8

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.