Met de stroom mee

Titel
Met de stroom mee

Jaar
1946

Pagina's
194



Louis interrumpeert hem bevelend: „Het postkantoor.”

Ze zijn er vlakbij en daar moeten ze vragen of er ’n brief poste restante is voor Louis Wolff. Louis wacht tp^f de dood in ’t hart. Het duurt zeer lang, de beambte,doet niks als mopperen en schokschouderen, maar de wonderen z,ijn de wereld nog niet uit, daar wordt werkelijk de verwachte brief van Henri Ghéon, den befaamden dramaturg hem overhandigd. De droom die waarheid wordt doet hem sidderen, zoals zijn eerste applaus hem deed sidderen. Hij breekt hem open; er staat niet veel in voor Cher Monsieur Wolff, maar er is ’n briefje bij voor toneeldirecties om hem aan te bevelen als kenner van ’t hedendaags toneelbestel, voortreffelijk regisseur en extrêmement habile acteur. En ontroerd zegt Louis: „Zij die geloven, haasten niet”; sluit zijn ogen of hij bidt, bromt dan tegen Eddie: „En nu naar de Rue du Marais.”

Hij voert hem door de drukke Rue Neuve en hoe Louis ook bezield is met zijn ideaal, hij komt merkbaar onder de indruk van de modieus geklede mijnheren en mevrouwen en is ongerust over zijn provinciaals voorkomen.

Eddie inmiddels, vervolgt zijn eindeloos verward discours over fuiven, over zijn ontgroening op het atelier; stel je voor hij moest knielen, toen kwam de Amerikaanse, da’s ’n type zeg, ’n beetje sadist, geloof ik, en lei me ee'n mengsel van peper, zout en mosterd op de tong. („Blasfemie”, toomt Louis, „zijn we er nog niet haast?”), vervolgens moest Eddie in z’n schilderskiel en met palet en al, de hele Avenue aflopen! Dan weer terug naar het atelier waar vriendschap gedronken werd; zijn meter was de Amerikaanse, e,en beeldig meisje en ik moest ma tante tegen haar zeggen!

„Dus die voddezak Vas geen Amerikaanse, zeker ’n Belze,” denkt Louis met uiterste verachting.

Daar is het Théatre du Marais. Louis rilt. Die Quatsch mit Sauce ook van dat kind Lucas, die weet wél de weg door Brussel, maar niet in het leven.

„Wacht jij me in dat café daar,” zegt Louis. Hij voelt zich toch al wat ingeburgerd in de vie mondaine alhier.

De baardige portier vraagt hem in ’t Frans of hij soms kaarten moet hebben.

„Non,” zegt Louis houterig. „Je cherche monsieur le directeur.”

50

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.