Naastaan leunde n klein fotografie-kraampje. n Armelijk ghettojoodje met zieke oogjes was de direkteur.
Trui en Peter trokken binnen, n Zwarte Jodin vroeg lispelend of ze n Shimmy-foto of n andere moesten hebben.
n Shimmy-foto, wat was dat?
En ze wees met haar zwaarberingde vingers op n houten hek met hoofdopeningen en belachelijke verwrongen gedaanten.
Nee, dan maar n gewone.
En ze gingen op n bank zitten, hun hoofden tegen elkaar. Peter voelde de zachte vrouwenharen zachtjes kriebelen op z n wang.
Eventjes kijken. Felle lichtstraal. Klaar, meneer en juffrouw.
Vlug nam ze de plaat uit 't toestel.
Vóór moesten ze wachten. Direkt klaar. En ze zetten zich in de rood-trijpen armoe van n caduke sofa.
Toen de kiekjes. Goed gelukt, nietwaar. Kan 't anders? Zoo n mooi paar. Die kiekjes waren leuk: teere Truitje leunend tegen den meer krachtigen Peter.
150 Dan gingen ze wat patates-frites lcoopen. Peter kende de
juffrouw van n vorige kermis en maakte even n praatje met haar. Goeie zaken? Och, stilletjes, malaise.
Ook al malaise!
Etend kwamen ze bij de waarzegster, Minerva, die hun zei, dat ze samen n gelukkig huwelijk zouden maken en veel kinderen zouden krijgen.
In de groote danstent was 't erg warm en stoffig. Truitje leunde moe tegen Peter aan, keek door haar oogharen naar die wilde, dwarrelende menschen, die vroolijk of ernstig waren in hun danswoede.
Bij den uitgang deelde Sef klappen uit aan den jongsten Theelen.
Truitje was moe en leunde zwaar op Peter. Ze wou naar huis; hij bracht haar, kreeg op de trap nog n nachtzoen.
n Oogenblik bedacht hij zich of hij ook al naar kooi zou gaan.