de situatie werd hoe langer hoe benauwender.
We kwamen bij een portaal en de hoop laaide in mij op dat hier de vreemde rondgang zou eindigen.
In plaats daarvan ging mevrouw Kühling een trap op. Op de hoogste tree keerde ze zich naar mij om en legde een vinger op haar lippen, een gebaar dat mij volslagen overbodig scheen, want ik had tot dusver geen enkel geluid gemaakt. Maar ik begreep al gauw iets van mevrouw Kühlings bedoeling. Na de tocht door de vele kleurloze pensionkamers kwamen wij nu blijkbaar in het woongedeelte van de familie. Woongedeelte? Ja, want er stonden meubelen. Nee, want het meubilair werd als 't ware verdrongen door de primitieve, kruiselings gespijkerde en van een voetsteuntje voorziene latten die overal stonden waar ze maar overeind wilden blijven: op een tafel, een etagère, een buffet, een kast. Ook aan de muren hingen ze, kaal, onversierd en schamel. Mevrouw Kühling bleef midden in de kamer staan en maakte met beide armen boven haar hoofd een draaiende beweging, alsof zij de hele wereld wilde omvatten. Misschien bedoelde ze er iets heel anders mee, maar ze deed geen poging om het mij te verklaren. Zwijgen was kennelijk ook voor haar het consigne. Na in de richting van een kruis dat vermoedelijk extra attentie verdiende, een lichte hoofdknik te hebben gemaakt, keerde mijn gastvrouw zich naar mij om en opende een deur.
Door de geopende deur sloeg mij een golf onwelriekende warmte tegemoet. Ik voelde een lichte misselijkheid opkomen en die werd er niet minder op toen ik, achter mevrouw Kühling, een stap in de kamer zette. Het was een stap in een broeikas.
Ik bleef staan, een hand aan de deurknop.
Het was nevelig in de kamer, ofschoon het ook mogelijk was dat ik in mijn verbijstering de wereld alleen nog maar door een waas kon zien. Op de kamervloer zat een jongen met gekruiste benen en enigszins gebogen hoofd. Zijn gezicht vertoonde geen enkele uitdrukking. Willy Kühlings anders zo beweeglijke clownskop scheen gestold, van steen geworden. Vallende ziekte - zo zag iemand die daar aan leed, er dus uit.
Mevrouw Kühling zonk op haar knieën voor een soort dressoir waarop een kruis van uitzonderlijk groot formaat.
49