De tweede jeugd

Titel
De tweede jeugd

Jaar
1939

Overig
roman

Pagina's
255



maakt, die uit hem weg moet stroomen. Waarom wordt hem de pure eenzaamheid niet gegund? Waarom vindt hij niet weer dat betrekkelijke evenwicht van zooveel jaren: alle inmenging afweren en een wezen in de nabijheid, juist voldoende om voor totale versterving te behoeden? Goddank dat hij nu zoover op den weg der genezing is, dat hij de zaken in hun werkelijke proporties kan zien en niet meer is verstrikt in waanvoorstellingen. Hoewel hij niet weet of deze bevrijding van blijvenden aard is, doet hem deze plotselinge ontdekking zooveel genoegen, dat hij zich met een betuiging van liefde tot de zuster richt.

— Zuster, ik heb je lief en ik voel me stukken beter!

— Dat vind ik heerlijk!

— Wat? Dat ik je liefheb?...

— Nee, daar geloof ik niet in.

— Niet mooi van je, om me dat kleine pleizier niet te doen.

— U hebt vast wel een ander liefje en mij niet noodig. Ik heb U immers hooren ijlen...

— O, zeker over Fannie!

— Precies, en die stelt veel belang in U, want ze komt zich van Uw toestand op de hoogte stellen. Blijf die dus maar trouw.

Hij is vermoeid en begrijpt niet meer, waarom hij zooeven verheugd was. De uren gaan zeer langzaam, de wereld gaat voort, maar hij kan zich niet van zijn bed verheffen en staat volkomen buiten alles. De werkdag is alweer afgeloopen, men heeft het zonder hem kunnen stellen. Hoe lang zal men nog


79

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.