Westerbork en een vraaggesprek met zijn Commandant Gemmecke in 1948

36. Had U intieme connecties met Frau Hassel?

„In diesem Rahmen möchte ich diese Frage nicht beant-worten und gelegentlich will ich darüber Auskunft geben.”

De relaties met Fran Hassel waren eveneens in het rapport van Schoenmaker opgenomen. Zij was eerst de secretaresse van Gemmecke en later zijn secretaresse en vriendin. Haar man wist van de verhouding tussen deze twee en over een scheiding is destijds nog gesproken. (Deze gegevens zijn mij later door Schoenmaker medegedeeld).

38.    Stond U op goede voet met de Joodse burgemeester Schlesinger?

Niet beter en niet slechter dan met de anderen. Ik onderhoud me dan met Gemmecke over de vraag, of hij Schlesinger voorrechten verschafte en in bescherming nam om dan na een eventuele nederlaag van Duitsland op zijn steun te kunnen rekenen. Schoenmaker brengt dan te berde, dat een drietal personen in het kamp beter voedsel kregen dan de rest.

Op mijn vraag, wie dit waren, antwoordt Gemmecke: „Schlesinger, Dr. Spanier, de derde man kan ik me niet herinneren.”

Gemmecke zegt dan nog, dat men het hem niet euvel kan duiden, dat hij de Joodse burgemeester niet op transport gestuurd heeft, daar hij toch veel met deze man te maken had.

39.    Was het als grap bedoeld, toen V bloemen liet aanbieden aan de medespelers van het cabaret en U daarin een klein kipje verborgen had?

Hij geeft nu een heel relaas over de bewuste avond. Er werd op het toneel een voorstelling gegeven, o.a. over wat zich achter de coulissen afspeelde. Zo zag je b.v. iemand op het toneel, die zijn rol aan het instuderen was. De verkoop in de Lawa werd aanschouwelijk voorgesteld en er kwamen ook nog twee muizen aan te pas. De acteurs hadden hem toen gevraagd, ook een grap te bedenken. Hij liet toen een bloemstuk aanbieden, waarin een haan verborgen zat, omdat hij, zoals gezegd, ook

19