״,t Is om de natuurkundeles, ziet u? We zouden Laurens daarbij niet graag missen, dat voelt de heele klas, want we weten hoe *n belang hij daarin stelt en we hebben dan ook altijd heerlijke uurtjes met me-kaar, nietwaar Laurens?״
״Ja meester״, zei de jongen blij, en toen stond de zuster op, en verdween uit de kamer.,,
״Wat heeft je eigenlijk gescheeld jongen?״ vroeg de meester,
Laurens stotterde wat; hij werd rood .- ״ ״Verkouden zeker, ja ik dacht het wel; er zijn toch zooveel zieken. Maar je bent nu toch wel zoover, hij is nu toch wel zoover״ — wendde hij zich tot de moe-der — ״dat ie morgen komen kan?״
Voordat de moeder, — met haar matte gezicht — iets kon zeggen, was Laurens opgestaan en had zich schoorvoetend uit de kamer verwijderd,,,
Eenigszins perplexed, zweeg de meester een oogen-blik *.. Maar toen begon hij weer, even trouw, tegen den broer.,,
״,t Is toch zoo״n flinke jongen, zoo'n ferme leerling, hè, 't Is zonde van den dag dat hij verzuimt... En kijk, u herinnert je dat nog wel, we zijn morgen aan de behandeling van de brandspuit toe, en daar moét hij toch bij zijn, in zulke lesuurtjes is Laurens het hoogtepunt van de klas, hij heeft toch zeker wel ver-teld waar het om gaat? Of laat hij thuis misschien niet veel los? Op school is hij nogal openhartig. Hij doet erg zijn best en ik ben bizonder tevreden over hem; z'n laatste opstel was ,,. zeer goed en als hij daarmee naar kantoor gaat, — we moeten trouwens toch eens over zijn toekomst spreken, had ik gedacht,, ,״
״Ja, ja״,., zei de broêr ,.. Dan scheen ook hij iets buiten de kamer te doen te hebben ,,,
En toen was de moeder alleen nog maar over, De meester keek rond. Iets wanhopigs spookte door de
92