mooie witte schort over dr Sjabbesjurk. Ze komt dan niet in de buurt van school, maar de kinderen hebben haar toch wel eens gezien. Op zulke dagen staat haar zwarte bos haar stijf uit van de krulletjes; maar één wanhoop heeft Bloeme: ze kan niet wit zien״ Nooit ziet ze d’r nou eens slecht uit, al vast ze ook een heelen dag! Dat is toch verschrikkelijk!
Met een kleur als een bellefleur loopt ze rond, en haar eenige troost is, dr tong te laten zien aan de kameraadjes, in de hoop dat die het meest beslagen zal zijn van allemaal.
״Hoe lang vast jij?"
״Ik maar een halven dag; volgend jaar mag ik een heelen.״
״Ik een heelen; kan je wel zien an m n tong.”
״Nou, je ziet er nog niet slecht van uit!״
״Als ik op den dood leg heb ik nog ״n kleur. Me moeder zegt, dat komt van de frissche lucht op de mart. Doe d’r wat an!״
״,,k Heb gehoord van een jongen, die het stilletjes 'n broodje gegeten.״
״Wat een lafaard.״
't Vasten, dat is juist het mooiste van den Grooten Verzoendag! Zonder dat zou er niets aan zijn.
En dan het ״aanbijten״. Als je met je moeder de avondtafel mag klaarmaken, die gereed moet zijn, wanneer ״de mannen״ uit de kerk komen.
En als er dan ״drie sterren aan de lucht staan״, en kalender en klok stemmen overeen, en al het leed van den dag is geleden, en je mag beginnen te eten ...
Aardig schrans je dan ... Maar n beetje 'n bang ge-voel heb je toch, want weet het wel: dan zijn de boeken afgesloten, en valt er verder niets meer te verzoenen, dit jaar... Alles staat onherroepelijk vast,..
Volgenden dag is Bloeme weer op school, en springt zij weer hoog óp van de Hoeplazee... !
80