leis, en die erin wonen zijn de bezitters van onmete-lijke rijkdommen ...
Iets onzegbaars is er in die kamers en de meester en zijn vrouw raken nooit, nooit uitgekeken...
En wat heeft het ook n moeite gekost, om dat alles zoo voor elkaar te krijgen! Net als voor een echt pa-leis, is de halve stad ervoor geplunderd moeten wor-den ,,. Er waren winkels, die alleen opgericht schenen te zijn met het doel, om voor dat speciale plekje in deze kleine huiskamer, de beste theetafel te leveren. Serviezen en pullen en werelden van gerei trokken allerwegen hun oogen, en het was bijna onmogelijk, de uitstalkasten voorbij te komen, daar ieder van hen iets bizonders scheen te willen zeggen, een geheime mededeeling had te doen, van het hoogste belang voor dat toekomstige intérieur... De heele stad scheen het erop aangelegd te hebben, hen van *t noodige te voor-zien, en toch was het nog zoo moeilijk, te slagen... Uren brachten zij op straat door, quasi om eens heer-lijk te wandelen, maar in werkelijkheid om zich op een gegeven oogenblik alweer voor het winkelraam terug te vinden, waar datzelfde bloemtafeltje, diezelfde leunstoel, gelukkig onverkocht, nog stonden en hen schenen te smeeken, nu toch alsjeblieft naar binnen te gaan en zich eindelijk tot eigenaars te maken.... Wat werden dingen ineens belangrijk, die zij tot dan toe met geen blik hadden verwaardigd...
Maar toen de mieren alles naar hun nest hadden gesleept, toen begon de aankleeding van binnen nog pas. Toen moest alles naar zijn plaats gebracht en opgesteld worden ...
Wat n geluk dat de meesters een week vacantie kregen als zij trouwden. Die hadden zij ruimschoots noodig, eer alles gespijkerd en opgehangen en neer-gelegd en gepast en nagemeten was, en zij overlegden
19