de maand klaar: als de kat de melk omgooit, zitten zij de halve week zonder!״
De meester glimlachte; zijn vrouw was van een zekere neiging tot overdrijven niet geheel vrij te plei-ten..,
״Maar dat is nog het minste", zei hij; ״geld is niet het hoogste goed. Je moet het dan maar in de geeste-lijke waarden zoeken. Maar je zult achterstaan bij jonge broekjes die al eerder zijn begonnen, en je hun mindere in kennis en ervaring voelen, en dan: hoe zul je je studietijd doorkomen, jij die al gewend bent op eigen beenen te staan? Heb je daar allemaal wel aan gedacht?"
״Jawel", zei Gerrie, Zijn kalmte en vaste wil ont-wapenden den meester.
En natuurlijk werd er een weg gevonden, en toen begon het. Systematisch, Overdag was het appelen jog werkman, want hij moest verdienen, en ״s avonds stu-deerde hij. Meesters hielpen hem.
Dat ging zoolang als *t ging. Toen bezocht hij de kweekschool, en nam alleen in de vacanties zijn oude stiel weer op, aan de een of andere buitenlandsche fabriek. Totdat hij eindelijk, eindelijk, zijn acte en zijn benoeming in den zak had.
En hij werd onderwijzer en het ging uitstekend.
״Wat heerlijk", zei de meester, ״dat je dit bereikt hebt".
Maar na een poos, nam Gerrie, die nu veel te schraal uit zijn onderwijzerlijke facie keek om nog het Appe-lenjog te heeten (de schoolmeesters zijn nu eenmaal uit den aard der zaak wat schraal; alleen de boven-meesters vallen in den regel iets dikker... !); toen nam Gerrie weer de beenen op en stapte naar den meester,
״Ja, ik wou nu maar leeraar worden".
״Maar.., jongen... heb je wel bedacht... je hebt
132