Er is ook een liedje, daar zijn wel vijf wijzen van; maar ernstig en rythmisch en avontuurlijk klinkt het, en toch treurig en zwaarmoedig, als ze het bij de har-monika zingen, op de wijze van een gangspil deuntje, 's avonds, als alle menschen voor de huizen zitten, op de stoepen, en het zoo droomerig en zacht is in de lucht, dat je wel eeuwig op zou willen blijven, en kij-ken hoe de maan en de lantaren de gezichten doen oplichten om je heen, en denken, aan alle verre din-gen, en luisteren ,,,
״En daar was laatst een meisje loos,
O, re, o re, orello,,, !
En die wou gaan varen als lichtmatroos O, re, o re, orello.., !
En zij moest klimmen in de mast,
O, re, o re, orello,,, !
En ze maakte de zeilen met touwetjes vast, O, re, o re, orello ,,, !
Maar toen bij storm en tegenweer .,,
O, re, o re.,,
Ja, zoo zou ik wel door kunnen vertellen, maar ge wilt zeker liever het einde van Daveke״s geschiedenis hooren: of hij nu echt naar zee is gegaan, of niet?
En ja, dan kan ik u gerust stellen: Daveke is waar-lijk naar zee gegaan, hij heeft zijn wensch gekregen! Is dat niet heerlijk?
Hoe hij zijn vader, den grutter, nog heeft overge-haald, daar rept de geschiedenis niet van; maar een moeders hulp vermag veel. Tegen die stormram is de veste blijkbaar niet bestand geweest.
En toen de klas al lang uit elkaar was, en al lang
115