״En heelemaal geen pijn meer?” vraagt de dokter met zijn vleiende stem.
De barende heeft een leeg gezicht. ״Neen,” zegt ze met een glimlach, ״heelemaal geen pijn....”
״Daar zal Gott zich erbarmen,” mom״ pelt de oude grootmoeder voor zich heen. Want de zieke moet immers wèl pijn hebben, wil er voortgang komen.... Maar mijnheer Davids heeft te klagen. Nou is z’n vrouw zoo goed, nou de dok-ter er is, maar vannacht....
״Je hebt anders aardig te keer gegaan, daar strakkies,” zegt hij.
״Zoo,” zegt Costa Gomez, ״dat is goed, dat is heel goed.”
Mijnheer Davids kijkt hem verontwaar-digd aan. Goed? Noemt die dokter dat goed? Zijn ze dan allemaal mesjogge hier? Wanneer zal zijn vrouw een kind krijgen? Waarvoor heeft men dan een dokter?
״Kan u d'r niks geven?” zegt hij, ״dat
45