HOOFDSTUK V.
Waarom het goed is, dat er verlovingen zijn. Lichtblauw of satinet? Nel speelt voor Asschepoester en Marix zegt een erg woord!
Sander was een lange slungel van een jongen, die op de 3־jarige H.B.S. ging en daarom grooten eerbied had voor den iets ouderen Marix, die de 5־jarige bezocht. Hij was een broer van Nettie, en had, in tegenstelling met die jonge dame, zooals Santje het uitdrukte, ״heelemaal geen drukte op zijn lijf"! Wanneer er groote visite was bij zijn ouders, en Santje en Nannie de verschrikking ondergaan moesten, al die tantes en ooms en neven en nichten, — die hun zoo ver en vreemd bleven, — handjes te geven en te be-groeten, dan zakten zij al gauw af naar de achterkamer, waar het speelgoed van de meisjes stond. Maar zij moch-ten er toch niet aankomen, 't was te mooi om ermee te spelen. Er was een heerlijk ״echt" fornuisje, met prach-tige pannetjes, waar ze Nettie vroeger weleens poffertjes op hadden zien bakken. Toen hadden zij mogen toekijken, en hun verlangen was groot geweest, om zelf die pan-netjes eens in handen te hebben, het vuur aan te blazen, en de poffertjes om te keeren.
In de achterkamer waren zij dus gauw klaar met kijken, maar dan troonde Sander hen mee naar boven, waar hij een pakhuis had, half zoo hoog als de kamer, met een