Gisteren komt nooit weerom ...

Titel
Gisteren komt nooit weerom ...

Jaar
2000

Druk
2000

Overig
1ed 2000

Pagina's
191



18 Gis teren komt nooit weerom...

De Weesperstraat is een straat zonder persoonlijkheid. Een hoofdstraat, die buurten met elkaar verbindt. De zijstraten, ja, die hebben karakter.

Op nummer één is het roemruchte etablissement van Snuif. Meneer Snuif is de fijnste banketbakker en de voortreffelijkste kok, die ooit met een lang mes opzij ter wereld kwam. Hem is het geheim ontsluierd van indrukwekkende maaltijden, beginnende bij een simpele soep en via borstvlees in laurier opklimmend tot gebraden kip en een eindeloze nasleep van zoetigheden.

Rijke mensen vieren hun feesten bij Stranders op de Herengracht, waar de baas zelf kookt, zoals nooit iemand het zal verbeteren, maar meneer Snuif belast zich met de uitzending van diners voor bruiloften en partijen.

Een paar huizen verder is het pension van de familie Vos, dat twee dochters oplevert, die onsterfelijkheid gaan verwerven. Roosje Vos is naaister van beroep en opstandelinge van roeping. Zij spreekt op vergaderingen. Als er optochten zijn loopt ze vooraan. Zij is aanvoerster van de eerste vereniging van naaisters en kleermakers, samen met Alida de Jong, die ook in de Weesperstraat woont, in een keldertje.

Saartje Vos, de tweede dochter, schrijft een kookboek, het beroemde kookboek van Saartje Vos, waarvan elk recept begin met 'Men neemt...' En wat moet men dan nemen? Twaalf eieren en zes pond boter en drie pond suiker. Het kookboek voor de joodse keuken doet meer om de joden bij elkaar te houden dan de Heilige Thora.

Aan de overkant staat in Hebreeuwse karakters op de muurkant van de hoge stoep geschilderd:

Steun aan doortrekkenden

hachnosas ourechiem

In dat huis worden de transporten geregeld van de duizenden landverhuizers, die uit Oost-Europa op doortocht zijn naar Amerika. 'Nit in der Golus un nit in der Heem' (niet in de verstrooiing en niet thuis). Rondom dat stoepje zwerven altijd vrouwen met bundels beddengoed en mannen met peies, de bigotte krulletjes, onder middeleeuwse platte hoeden met randjes bont; en ze dragen lange baarden, die ze aaien, wanneer ze hun handen niet toevallig achter hun rug verborgen hebben in de mouwen van hun lange shobbets. De kinderen van deze dolende gezinnen hebben donkere, fluwelen ogen, waarin een oneindige droefheid

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.