van het volk kan worden bereikt, wanneer de overheid doelbewust kan ingrijpen.
Nu kan de overheid dit thans reeds, wanneer haar daartoe wettelijke bevoegdheden worden verleend.
Maar bij die uitvoering van die wettelijke bevoegdheden staat de overheid sterker, wanneer zij over een eigen vermogen beschikt. Zij mag daarbij niet de lasten uit het verleden als een blok aan 't been hebben.
Dit is een van de overwegingen, die leiden tot de slotsom, dat een herziening van de vermogensverhoudingen noodzakelijk is.
Met andere woorden: zo'n wijziging der eigendomsverhoudingen is een der voorwaarden voor een overheidsbeleid, dat gericht is op een zich steeds uitbreidende welvaart voor alle burgers. Slechts indien de overheid kan ingrijpen in het proces van sparen en beleggen, kan zij een beleid voeren van volledige werkgelegenheid voor iedereen.
Men ziet dus, dat aan de schuldenlast, waaronder de staat gebukt gaat, in de tegenwoordige omstandigheden vraagstukken van grote diepgang vast zitten, vraagstukken, die onmiddellijk te maken hebben met de beginselen, welke gelden bij de opbouw van de maatschappij.
Maar aan die schuldenlast van de staat zitten nog enkele andere zaken vast... zaken, waar een gewoon mens niet bij stil staat totdat hem de werkelijkheid onder de ogen wordt gelegd.
Lenen en terugbetalen.
Gemakshalve gezegd: de schuld van de staat bestaat uit de leningen, die hij heeft gesloten. Voor die leningen ontvangen de geldschieters obligaties. Dat zijn vorderingen op de staat. Als het ware schuldbekentenissen van de staat aan de geldschieters. En de staat heeft de verplichting op zich genomen voor dat geleende geld rente te betalen; en de schuld in vastgestelde termijnen af te lossen.
Hoe komt de staat aan het geld voor die rente en aflossingen?
Wel, dat is nogal duidelijk. De staat kan geen geld gaan lenen — opnieuw geld gaan lenen — om de rente en de aflossing van de oude schuld te betalen. Dat zou zijn: nieuwe schulden maken om oude af te lossen. Als de staat daarmee begint, raken we in de draaikolk. Voor een dergelijke manier van schulden aflossen bezit de Nederlandse taal enkele tekenende uitdrukkingen; het ene gat met het andere stoppen ... goed geld naar kwaad geld gooien ...
Neen, de staat moet de renten en aflossing van die schulden halen uit de lopende inkomsten. Lopende inkomsten... dat zijn: de belastingen!
Maar waar op komt dit in de werkelijkheid neer?
Hierop:
Dat de staat voortdurend geld uit de bevolking pompt en dat daarna overpompt naar een betrekkelijk kleine groep in de bevolking, namelijk de geldschieters.
״Degenen, die de belastinggelden betalen" (staat er in het Plan) ״waaruit deze renten en aflossingen worden voldaan, zijn in vele gevallen dezelfde als de personen en instellingen, die rente en aflos
30