hoort erbij. Dat had ik al lang eerder kunnen weten.
Ik ben zo koel als een ijslollie, terwijl de politiemannen me ondervragen.
Wat kan mij ten slotte gebeuren? Niets. Ik heb nooit in myn leven een korreltje verdovend spul aangeraakt. Ik kijk wel uit. Een mens mag toch wel een grapje maken, nietwaar? Ik heb tenminste altijd gehoord, dat de Engelsen zo'n gevoel vQor humor hebben.
״Hoe heet je?"
״Tony Toeroen."
״Straks zei je: Jan Jansen. Beken je dat?"
״Natuurlijk. Straks zei ik Jan Jansen."
״Waarom geef je nu een andere naam op?"
״Omdat je bij de politie altijd de waarheid moet spreken."
״Laat je paspoort zien."
Dat klopt. Ik heet warempel Tony Toeroen.
״Je komt uit Amsterdam?"
״Ja."
״Hoe heet je schip?"
״Ik heb geen schip."
״Bedoel je dat je geen schip bezit?"
״Ik bezit inderdaad geen schip."
״Je moet ons niet voor de gek houden. Hoe heet het schip, waar je op vaart?"
״Ik vaar op geen schip."
״En je bent zeeman."
״Geweest, vroeger."
״Wat doe je nu?"
״Eerlijk antwoorden op de vragen, die me door de
90