Dorry drinkt het vurige vocht alsof het slootwater is. Als zij een engel is, dan is 't er eentje met een loden binnenvoering in de maag. Ik doe 't heel voorzichtig aan. Ik wil mijn positieven bij elkaar houden. Maar ik doe wel vrolijk. Wie niet beter weet zegt: die Tony Toeroen begint in kennelijke staat te verkeren.
Als het eten op is, zegt Dorry:
״En nou naar 'the Dive'."
Dat had ik verwacht.
De kelder van de marijuana-rokers is nog niet door de politie gesloten. We zitten aan een tafeltje tegen elkander te lodderogen.
״Wil je me excuseren", zeg ik met een salon-stem, ״ik moet even mijn handen wassen zal ik maar zeggen."
״Ga je gang schat."
Zo intiem zijn we al met elkaar. Ik trek mijn gezicht in de vriendelijkste plooien, en zeg:
״Honderdduizend vrouwen zijn er, maar jij bent de mooiste en de liefste."
Het is niet te geloven, maar je ziet haar wegsmelten van verliefdheid.
Precies zoals ik verwachtte slingeren in de buurt van het toilet één hoog, een paar lugubere kerels rond. Scharrelaars in marijuana.
״Geef me tien saffiaantjes."
Voor twintig gulden krijg ik tien piepkleine papieren toetjes, bruinachtige sigaretten, die aan een kant in een puntje zijn gedraaid.
Ik doe de deur van het toilet stevig op de knip. De tien vergifstokken schud ik heel voorzichtig uit. Dan breek ik een paar gewone sigaretten, die ik bij me heb,
112