Een klein mannetje met een klein potloodje (40 jaar VARA)

V ׳ ־ ׳ ׳״ v

Amsterdam van de vara, kreeg ik er in het dageUjkse contact met dé afdelingsbestuurders en het grote aantal propagandisten, mijn volle portie van, ׳

Ik herinner me, dat ik op een avond op het kantoor van de vara in Amsterdam werd aangesproken door een man, die ik al heel wat jaren kende als een rustige huisvader.

'Kijk eens, het gaat niet langer. We verrekken van de honger. Je wil je kinderen toch iets meer geven dan een droge snee brood.' Wat moest ik daarop zeggen? Ik zweeg.

'Mijn vrouw is uit werken gegaan. Die paar gulden, die ze in de week verdient moet je opgeven aan de steun. Die worden dan voor een deel van je steun afgehouden. Als je het goed uitrekent, gaat je vrouw elke dag uit werken voor twee riksen in de hele week, dat is wat er overblijft.' 'En...'

'Nou, ik dacht: ze kunnen voor mijn part doodvallen met hun hele steun en controle erbij. Ik heb niet opgegeven dat mijn vrouw uit , werken gaat. Het is een paar maanden goed gegaan. Maar ja, een óf andere buurman heeft me verraden. Uit afgunst... wij arbeiders zijn tegenwoordig zó ver heen, dat we elkaar ook nog onze armoe misgunnen.'

Zijn verdere verhaal kwam hier op neer: men had hem, de werkloze, voor de keus gesteld: of onmiddellijk aan de steun terug betalen wat hij 'teveel' had ontvangen, of anders werden het politiezaken. Er waren al mensen tot gevangenisstraffen veroordeeld 'omdat ze de steun hadden bestolen'.

'Nou, en toen heb ik in mijn nood, de steun betaald met geld, dat ik als afdelingspenningmeester van de vara onder mijn berusting had.' Dat is één geval. Met enkele variaties, heb ik in Amsterdam vele, zeer vele rustige arbeiders zo voor me gehad, degelijke huisvaders... maar ze konden de ellende van hun hongerende gezinnen en verkommerende vrouwen niet langer aanzien. Ze staken hun handen uit naar ׳ andermans goed.

Nog geheel afgezien van het mijn-en-dijn, de zielkundige gevolgen van de crisis waren even verschrikkelijk.

Ik zal de naam van de Amsterdamse var a-afdeling niet noemen, maar er zijn vele mensen in de hoofdstad, die weten wat ik bedoel. Op zekere dag kreeg het Federatiebestuur van de vara Amsterdam

75