Ze haastten zich de stad in. Willem had er altijd op gerekend, dat ze eens met grote haast zouden moeten verdwijnen. Het vluchtadres was niet ver.
Toen de twee goed en wel uit het gezicht waren verdwenen, begon Baas Geldrop met gewichtig uitziend gereedschap onder de auto's te peuteren. Een kwartier later kwam één van zijn personeel van een karweitje in de stad terug. 'Wat hebben we nou, baas?'
'Er lag een stuk van het plaatwerk van die grote kar op de grond van de garage. Je snapt niet, dat zo'n ding eraf kan vallen. En in de garage is het zo aardedonker, datje er niks van kunt zien. Ik dacht eerst, dat het van die wagen was, maar niks hoor. 't Is deze.' Baas Geldrop toonde een zwaar stuk metaal. Hij had het zelf in de garage van de wagen losgemaakt, maar dat verzweeg hij wijselijk. 'Hou op met dat gesleutel, baas', zei de chauffeur, 'maak je handen maar niet nog vuiler, want met het beetje zeep, dat je tegenwoordig op je rantsoen krijgt, krijg je ze voor de bevrijding niet eens meer schoon. Ik zal dat ding er wel even aanprutsen.' 'Goed, dan zet ik die ene kar weer naar binnen.' In de garage ontwikkelde baas Geldrop een koortsachtige activiteit. Zorgvuldig wiste hij alle sporen uit, die Dirk en Willem hadden achtergelaten. Knappe jongens, die hém iets zouden kunnen bewijzen.
Nauwelijks een uur nadat baas Geldrop het geheimzinnige telefoontje had ontvangen, dat hem waarschuwde voor het dreigende gevaar, zat hij ogenschijnlijk weer rustig achter zijn bureau in het kantoortje van het transportbedrijf. Niemand van het personeel of, voor zo ver hij kon nagaan, de buren, had enig argwaan gekoesterd, toen hij eerst de grote vrachtwagens uit de garage had gereden, en ze er daarna weer in had gebracht. Voor zo ver hij wist, viel er in de garage of elders in zijn bedrijf, geen spoor te ontdekken van Dirk en Willem en van het verblijf in die schuilplaats. Wat hem betrof, mochten de Duitsers nu een inval komen doen. Maar al was aan zijn uiterlijk dan niets te bemerken, in werkelijkheid was baas Geldrop toch wel zenuwachtig. En geen wonder. De werkzaamheden voor zijn transportbedrijf hadden hem in de jaren vóór 1940 verschillende malen verplicht naar Duitsland te reizen. Daardoor
11