Op die prachtsmoes kwam hij vanmorgen in de kamer van den baas, toen die magere Gevertsen weer teveel liet merken, dat hij fél was op Zwijndrecht.
En natuurlijk tippelde de baas erin. Met kousen en schoenen.
Verband tusschen Zwijndrecht en de Helmers־
straat----je moest wel een natte spons in je kop
hebben, inplaats van hersens, om zulke opgelegde flauwe kul nog te gelooven ook.
Dat gevalletje in Zwijndrecht moest hij maar een dagje laten wachten. Die raadselachtige ver־ dwijning van dat lijk daar in de Helmersstraat, dat is een ding, waar ze over praten in de tram en bij de borrel vanmiddag. Die moet eerst uit de voeten. Frans Hokkert zal 'm dat wel weer eventjes leveren!
Hij loopt driftig in zijn kamer heen en weer. Twaalf stappen naar het raam, twaalf terug naar de deur. Dan belt hij.
״Juffrouw Melchers", zegt hij tegen de secre־ taresse, ״noteert U eens een paar zinnen voor de persconferentie, die over een half uurtje hier op mijn kamer is. Een paar aanteekeningen geven je altijd houvast."
Juffrouw Melchers gaat zitten. Het geheimzinnige geval in de Helmersstraat interesseert haar;
72