'We hebben hier een Joodse gemeente met een tempel. Op eerste Kerstdag hebben we in de tempel een groot Kerstfeest.' 'Een Joods Kerstfeest zeker?'
'Och, zo nauwkeurig kijken we hier niet. Wordt reuze gezellig. Zal ik proberen een plaats voor u te krijgen?' Maar er was geen plaats meer over. Van heinde en verre zouden de ongelovigen optrekken naar hun synagoge om er de Navidad te gedenken. Voor mij was er geen plaatsje beschikbaar . . .jammer, ik had deze oecumenische happening graag bijgewoond.
Toen Nederland met het Indonesische probleem in de maag zat, stuurde de krant me met de Commissie Generaal mee naar Batavia ... zo heette Djakarta toen nog. Schermerhorn had zijn vrouw en zijn zoontje Dirk laten overkomen, tenslotte heeft hij langer dan een jaar in het warme land gezeten. Ze woonden in het Paleis op het Koningsplein. Met Dirk speelde ik menig partijtje voetbal in de lange marmeren gang. Of voetbal? Het was wat we vroeger noemden een partijtje pillen: één schieten en één kiepen. Als mijn ondergoed versteld moest worden nam ik het mee ten paleize. Dan zorgde moeder Schermerhorn dat ik er weer knappies bijliep.
Eindehjk was het dan zover dat er ergens een akkoord zou worden gesloten. Heel geheimzinnig werden we in bussen geladen en dwars door bos en beemd gevoerd, uren en uren ver. Ling-gadjatti! Een gezellig, stom-vervelend, interessant, onbenullig dorpje. De journalisten werden in een hotel gestopt. En toen kregen ze de boodschap dat ze hier moesten blijven totdat de conferentie afgelopen was. Geen bewegingsvrijheid. Alle telefoonverkeer was afgesneden. Daar zaten we. Elke ochtend tegen half elf ontmoetten we elkaar in het zwembad, waar we prinsheerlijk in de zon gingen liggen kankeren. Elke ochtend werd een geit geslacht voor onze sateh's, die we op het laatst zo gingen haten, dat we er de vissen mee voerden. In die open gevangenis heb ik menig gesprek gevoerd met Hadji Salem die een wijs man
66