De man werd zo bleek als een dode (dat is geen beeldspraak). Als een slaapwandelaar stond hij op, haalde zijn portemonnaie te voorschijn, en daaruit diepte hij een gouden trouwring op. Zei hij: 'Dat is de trouwring van Roza Wallag-Wcrthcim. Kijk, de datum van het huwelijk staat aan de binnenkant.' Toen hoorde ik zijn verhaal, chaotisch. .. maar ik zal het in chronologische volgorde vertellen.
De twee politie-agenten hadden opdracht gekregen een Joodse vrouw weg te halen. Een van de twee politie-mannen was een foute schoft.
'Maar ik dacht: ik krijg nog wel de kans om die vrouw te laten vluchten. In de tram in Amsterdam zat ik met haar apart. Ik zeg: als je hem wilt smeren doe het dan zo meteen, ik zal wel zorgen, dat mijn collega afgeleid wordt. Toen zei ze: Ik hoef niet te vluchten. Als ze weten datje getrouwd bent, zoeken ze net zo lang tot ze je man hebben gevonden. Ik heb een vriendin, die net zo heet als ik, die is ongetrouwd en voor die zal ik doorgaan, dan blijft mijn man ongemoeid, wordt hij niet doorgestuurd, want naar hém zullen ze dan niet zoeken, ik ben officieel toch niet getrouwd. Maar u kunt me wel één plezier doen, hier is mijn trouwring, geef die aan mijn man.'
De ondergedoken echtgenoot van Roza Wallag-Wertheim had hij niet kunnen vinden, die was uit Beverwijk weggegaan. Die trouwring had hij al die jaren bij zich gedragen. Als een talisman. Toeval natuurlijk, ja, ja ... maar mijn verhaal is nog niet uit. Wat betekende die mysterieuze complicatie: 'Ik heb een vriendin, die net zo heet als ik en voor die kan ik doorgaan?' We hebben er maanden lang over gepiekerd. Totdat de oplossing op een nacht in de vorm van een droom naast mijn bed stond. Zo maar: plotseling. In je schooljaren kan je zoiets hebben met een moeilijke som.
Ze had een vriendin. Die heette doodgewoon Roza Wallagh.
Dat was haar meisjesnaam. En die was ongetrouwd.
Weer zoeken bij het Rode Kruis. Asjeblief, in de registers van de
14