Dat je je kon laten opereren, was bij de verpleegden bekend. Er werd vaak over gesproken. Maar het fijne wist eigenlijk niemand. Er werd wel gezegd, dat als de operatie was geslaagd, ze je niet langer konden vasthouden, dat was tegen de wet, omdat je dan immers genezen was... maar er werd zoveel gefantaseerd en niemand wist wat waarheid was en wat niet.
'Heeft die operatie dan geholpen?' vroeg ik. 'Blijkbaar, anders hadden ze hem toch niet losgelaten'. 'Waarom laat jij jezelf niet helpen?' Anne Boersma scheen te blozen. Toen zei hij: 'Ik heb eens een verhaal gelezen van een Engelse schrijver. Het kwam hierop neer, dat een vrome ijveraar in Nazareth wandelde; hij zag een opgedirkte vrouw, behangen met vele klinkende sieraden, en ze liep uitdagend met wiegende heupen. Achter haar liep een man, die de vrouw volgde met de bedoeling haar aan te spreken. De ijveraar legde zijn hand op de schouder van de man en zei: "Wat kijkt gij begerig naar deze vrouw. Weet ge niet, dat dit zondig is?" En de man antwoordde: "Ik ben blind geweest, maar Christus heeft mij genezen, als het dan zondig is naar deze vrouw te kijken, waarom heeft Hij mij dan het gezicht teruggegeven?" Daarom laat ik me niet opereren'.1 'Ik wel', zei ik resoluut.
'Als ik jou was, zou ik er nog maar eens over nadenken'. 'Waarom? Als ik niets doe, kom ik hier nooit uit'. 'Ze zeggen, dat je er helemaal niet door geneest. En je gaat er geestelijk aan kapot'.
'Wat kan mij dat schelen. Beter ongenezen in vrijheid dan ongenezen in een gesticht'.
97
1 Boersma bedoelt hier waarschijnlijk een (o.a. door Harris vastgelegd) gesproken verhaal van Oscar Wilde. Het curieuze is echter dat in 't oorspronkelijke verhaal het niet een ijveraar is, die de man op zijn zonde wijst, maar Jezus zelf. Een subtiele 'verspreking'. M.S.