tot elkaar voelden aangetrokken. Ik weet niet of hij, voordat hij in 'Smaalderland' terecht kwam iets met jongens had gehad. Maar hij en ik, twee eenzamen, vonden elkaar. We werden gek op elkaar. Hij werkte bij de meubelafdeling, die vlak naast de koperslagerij lag. Er waren gelegenheden genoeg voor lichamelijk contact. Als we elkaar in de gangen tegenkwamen, vonden we altijd wel ergens een stil hoekje, waar we enkele minuten konden vrijen. Doordat 'Smaalder-land' zoveel groter was dan 'Oudenhof' was de kans op heterdaad betrapt te worden veel geringer. Het gevolg was dat de verpleegden zich veel meer veroorloofden. In 'Smaalderland' werd elk verbod op energieke wijze overtreden. In mijn ploeg zat een zekere Klaas Boozie. Hij was kleptomaan, onverbeterlijk, en het gekke was, dat hij alleen maar stal van zijn eigen ouders. Die hadden het jarenlang aangezien, maar ten slotte werd het zo erg, dat ze hun eigen kind bij de politie aangaven. Klaas was tot in het belachelijke toe verliefd op een jongen van Klugt, hij heette Bart Klugt, eveneens een kleptomaan die fantastisch piano speelde en op het trap-orgel was hij nog knapper. Klaas liep Bart gewoon achterna, als Bart piano speelde, zat hij vooraan met dwepende ogen. Op de grote slaapzaal stond het kleine huisorgel. Bart mocht daarop spelen. Dan zat het hokje van de wacht vol en Klaas kreeg ruzie met iedereen alleen maar omdat hij voortdurend riep: 'stilte. . . stilte. ..' en dat maakte iedereen zenuwachtig, want niemand zei iets. Het bleef niet bij oogjes-dweperij. Als ik moest gaan beschrijven wat de verpleegden met elkaar uithaalden, kon ik een verhandeling over sexuele gedragingen schrijven van zevenentachtig delen. Ik dacht, dat ik bij de Jonker op de Hogeschool was geweest, maar het was de bewaarschool, vergeleken bij wat ik in 'Smaalderland' bijleerde. Ik had me weliswaar voorgenomen met een masker door het leven te gaan, maar dat was niet vol te houden. In de zomer was het al moeilijk genoeg, maar dan
93